Hoe school je fysiotherapeuten om chronische pijnklachten beter te behandelen?
Aandacht voor dynamische vaardigheden, vertrouwen in eigen kunnen en gepersonaliseerde leerroutes. Uit eerste bevindingen van HU-onderzoekers Stefan Elbers en Han van Dijk blijkt dat het belangrijke ingrediënten zijn voor een scholingsprogramma waarmee fysiotherapeuten chronische pijnklachten vanuit een biopsychosociale visie kunnen behandelen. Op basis van literatuuronderzoek, interviews, co-creatiesessies en ontwerpsprints met therapeuten, patiënten, ontwerpexperts en didactici werken de onderzoekers aan een scholingsprogramma. Van dat programma wordt in een later stadium de haalbaarheid en effectiviteit onderzocht.
De behandeling van chronische pijnklachten in rug, nek of schouders focust zich vaak op biomedische oorzaken. Het scholingsprogramma richt zich op behandeling vanuit een biopsychosociale visie. Vanuit die visie kunnen ook cognities, emoties en gedrag een belangrijke rol spelen in het verloop van de aandoening en het chronificeren van klachten. Het programma moet uiteindelijk leiden tot effectievere pijnbehandeling.
Lees meer over chronische pijn en het onderzoek
“In bestaande scholingsprogramma’s ligt de focus vaak op klassikale informatieoverdracht”, vertellen Han en Stefan. “Er is te weinig aandacht voor het aanleren van vaardigheden, reflectie op eigen handelen en gepersonaliseerd leren. Daardoor blijft er te weinig hangen en vallen therapeuten op hun werkplek terug in oude routines.”
Routines veilig doorbreken
Om die routines te doorbreken is het belangrijk dat een scholingsprogramma zekerheid, veiligheid en vertrouwen biedt, stellen de onderzoekers. “Veel fysiotherapeuten behandelen chronische pijnklachten op basis van al lang achterhaalde inzichten, maar vertel dat maar eens aan iemand die zo al tientallen jaren op dagelijkse basis patiënten behandelt. Bij het doorbreken van routines moeten we daarom tegelijkertijd ook veiligheid bieden en vertrouwen geven aan therapeuten, zodat ze nieuw geleerde behandelingen daadwerkelijk toe gaan passen in hun praktijk.”
Om zo’n veilige leeromgeving te creëren, pleiten de onderzoekers voor meer aandacht voor gepersonaliseerd leren. “We moeten niet klakkeloos iedereen door dezelfde mal duwen, maar vooraf uitgebreid stilstaan bij persoonlijke uitdagingen van therapeuten en manieren waarop we die in de cursus kunnen adresseren. Als nieuwe vaardigheden niet in je comfortzone zitten, kan het bijvoorbeeld nuttig zijn als je voorafgaand aan klassikale scholing informatiefilmpjes of ander voorbereidend materiaal aangeboden krijgt. Zo creëren we een veilige en tegelijkertijd uitdagende leeromgeving.”
Dynamische vaardigheden aanleren
Ook stellen de onderzoekers dat het aanleren van vaardigheden continue regulering vergt. “Iets als empathisch naar je patiënten kunnen luisteren, is geen trucje, maar een vaardigheid die voortdurend aandacht behoeft. Per fase van behandeling heeft een patiënt immers andere vormen van luisteren en empathie nodig. In zo’n geval spreken we van een dynamische vaardigheid. Een belangrijk onderdeel van zo’n vaardigheid is dat je die afhankelijk van de situatie aan kunt passen. Bijvoorbeeld op basis van verschillende wensen en eigenschappen van patiënten.”
“Vanuit didactisch oogpunt lijken onze bevindingen niet heel bijzonder, maar in bestaande scholingsprogramma’s in bijvoorbeeld het werkplekonderwijs is er voor deze dingen niet of nauwelijks aandacht. Dat staat in de weg van effectieve pijnbehandeling op basis van de nieuwste inzichten.”
Testen in de praktijk
Tot eind mei verzamelen de onderzoekers zoveel mogelijk informatie om het scholingsprogramma te optimaliseren. Vanaf juni wordt op basis van al die informatie een conceptprogramma samengesteld. Dat programma wordt vervolgens vanaf september getest in 10 fysiotherapiepraktijken. Zowel bij therapeuten als bij patiënten worden percepties, ideeën en gedachten over pijnbehandeling gemeten, voor en na de scholing. Op basis daarvan wordt de effectiviteit van het programma beoordeeld.
Heb jij relevante input voor het scholingsprogramma of ben je benieuwd naar de voortgang en het definitieve ontwerp? Neem dan contact op met Stefan Elbers of Han van Dijk.