Leraar Omgangskunde tweedegraads

Je leert lessen geven gericht op de persoonlijke en professionele ontwikkeling van studenten in het mbo. Je lessen gaan over communicatieve en sociale vaardigheden, reflectieve en coachingsvaardigheden. Je maakt kennis met onderdelen uit de psychologie, sociologie en onderwijskunde. Uitgangspunt is dat onderwijs en begeleiding, net als opvoeden, een proces is waarvan de uitkomst niet vast staat. Theorie wordt gekoppeld aan eigen persoonlijke- en de praktijkervaringen. De toepassing van het geleerde wordt zichtbaar in het handelen van de student. Reflectie staat daarbij centraal.

De kern van het vak draait om interactievaardigheden die nodig zijn voor persoonsvorming, beroepsvorming en maatschappijvorming van zowel de student omgangskunde als de leerling of student in het (v)mbo en in het toekomstige beroepenveld.

Met je diploma heb je een tweedegraads onderwijsbevoegdheid. Daarmee kun je diverse vakken geven in het mbo. Bijvoorbeeld Burgerschap, Sociale Vaardigheden of Stagebegeleiding. Ook in de rest van de onderbouw van het vo mag je les geven, mits daar omgangskunde op het rooster staat.

Studeren na middelbare school of mbo?

Je kunt starten met de opleiding Leraar Omgangskunde tweedegraads als je een havo-, vwo- of mbo-diploma (niveau 4) hebt.

Studeren zonder diploma?

Ben je 21 jaar of ouder en heb je geen (geschikt) diploma? Dan moet je een toelatingsonderzoek doen.

Studeren na hbo of universiteit?

Heb je een afgeronde hbo- of wo-opleiding die aansluit bij een schoolvak? Dan kun je ook de éénjarige kopopleiding volgen.