De opleiding
Tijdens de opleiding Fysiotherapie ontwikkel je vaardigheden om cliënten begeleiden bij beweegproblemen. Daarnaast leer je wetenschappelijk onderzoek en innovaties te vertalen naar de dagelijkse praktijk van de fysiotherapeut.
Inhoud van de opleiding Fysiotherapie
In het propedeusejaar maak je kennis met de gezondheidszorg in het algemeen. Een belangrijk kenmerk van de opleiding is dat niet een deel van het lichaam centraal staat, of een apart vak zoals anatomie. Je leert juist om naar de mens als geheel te kijken. Je volgt onderwijs dat inhoudelijk is opgebouwd uit patiëntprofielen die worden benaderd vanuit diverse invalshoeken.
Het eerste half jaar leer je veel over fysiologie, anatomie en kinesiologie. Direct worden concrete situaties uit de praktijk het uitgangspunt bij lessen en opdrachten. Hoe begeleid je bijvoorbeeld iemand met knieproblemen die weer wil gaan sporten? Een fysiotherapie opleiding volgen betekent dat je kiest voor een opleiding waarbij je aangeraakt wordt en anderen aanraakt binnen de beroepscontext. In de praktijklessen oefenen studenten op elkaar, vaak is dit in onderkleding. Naast het opdoen van kennis over het menselijk lichaam en het beroep fysiotherapie zal je ook kennis maken met de zorg in bredere zin door het maken van externe opdrachten binnen de gemeente Utrecht.
In de beroepspraktijk kun je in aanraking komen met gezonde cliënten, die toch een hulpvraag hebben. Deze mensen willen bijvoorbeeld voorkomen dat ze klachten gaan ontwikkelen.
In deze module leggen we focus op het gezond functionerende lichaam en kijken we hoe we als fysiotherapeut de cliënt anders kunnen leren bewegen. We werken in kleine leerteams waarbinnen je een actieve rol hebt in het formuleren en oplossen van je eigen leervragen. Per week staat een casus centraal en alle lessen die je krijgt zijn gekoppeld aan die casus.
Het onderwijs is casus- gestuurd en richt zich integraal op:
- Klinisch redeneren
- Communicatieve vaardigheden
- Onderzoeksvaardigheden in relatie tot voorwaarde voor bewegen in de context van cliënt
- Behandelvaardigheden in relatie tot voorwaarde voor bewegen in de context van cliënt
- Kennis van Kinesiologie
- Kennis van motorisch leren
- Kennis van Anatomie
- Kennis van (inspannings-)fysiologie in relatie tot training
- Kennis van gedragsverandering
In deze module staat iedere week een casus centraal van iemand die vanwege een blessure of aandoening zijn of haar hobby, werk en/of sport niet kan uitvoeren.
Alle lessen zijn erop gericht om je te helpen bij het opstellen en uitvoeren van een goed onderzoeks- en behandelplan. Er is extra aandacht voor de analyse van de problematische handeling en het stapsgewijs opbouwen van de belastbaarheid en het (opnieuw) aanleren van motorische activiteiten.
In deze module ga je ook voor het eerst kennismaken met de 'echte' praktijk en ga je een aantal dagen stagelopen.
Het onderwijs is casus- gestuurd en richt zich integraal op:
- Klinisch redeneren
- Communicatieve vaardigheden
- Onderzoeksvaardigheden in relatie tot voorwaarde voor bewegen in de context van cliënt
- Behandelvaardigheden in relatie tot voorwaarde voor bewegen in de context van cliënt
- Kennis van Kinesiologie
- Kennis van Anatomie
- Kennis van (inspannings-)fysiologie in relatie tot herstel
- Kennis van gedragsverandering
Het laatste half jaar richt het onderwijs zich op Zorg & Samenleving. We bekijken Zorg & Samenleving vanuit 3 verschillende perspectieven.
1. De maatschappij
Beweegzorg verandert voortdurend. Naast individueel behandelen van beweegproblemen verschuift ons werkterrein steeds vaker naar het publieke domein. 'Bewegen in de wijk' focust zich op alle zichtbare en onzichtbare problemen die je in de wijk tegen kan komen.
Je gaat onderzoeken welke leefstijl gerelateerde problemen er in de wijk spelen en wat hun invloed is op bewegen. Waar heeft een wijk behoefte aan? Hoe kunnen mensen aangespoord worden om meer te bewegen? De wijk anders in te richten, zodat leefstijl wordt aangepakt? Hoe haal je ouderen in een wijk uit hun isolement? Als je helder hebt wat het probleem is in de wijk, kan je gaan kijken naar oplossingen. Met de oplossing draag je als beginnend beweegzorgprofessional bij aan een gezonde wijk, waarin bewegen gewoon is geworden.
Het onderwijs is casus- en situatie/ thematisch gestuurd en richt zich integraal op:
- Klinisch redeneren.
- Communicatieve vaardigheden.
- Onderzoeksvaardigheden in relatie tot beweeginterventies bij verschillende populaties in de wijk.
- Behandelvaardigheden op gebied van beweeginterventies bij verschillende populaties in de wijk.
- Kennis van pathologie.
- Kennis van specifieke (inspannings-) fysiologie.
- Kennis en vaardigheden met betrekking tot ondernemendheid en in innovatie.
- Kennis van maatschappij en diversiteit in samenleving.
- Kennis van organisatie en toekomstige trends in gezondheidszorg (in specifiek beweegzorg) nationaal en internationaal.
- Kennis van gedragsverandering.
2. De cliënt
In de beroepspraktijk kom je aanraking met cliënten uit verschillende levensfasen. De focus in deze module ligt op kinderen (6-14 jaar), adolescenten (15-20 jaar), volwassenen en ouderen (>55 jaar). Je leert beweegproblemen die kenmerkend zijn voor aandoeningen uit deze specifieke levensfasen observeren, onderzoeken en behandelen. Ook loop je in dit blok een aantal dagen stage.
Het onderwijs is casus- gestuurd en richt zich integraal op:
- Klinisch redeneren.
- Communicatieve vaardigheden.
- Onderzoeksvaardigheden in relatie tot voorwaarde voor bewegen in de context van cliënt.
- Behandelvaardigheden in relatie tot voorwaarde voor bewegen in de context van cliënt.
- Kennis van Kinesiologie.
- Kennis van Anatomie.
- Kennis van (inspannings-)fysiologie in relatie tot herstel.
- Kennis van gedragsverandering.
3. De therapeut
Het derde perspectief gaat over jouw professionele identiteit en ontwikkeling. Je leert een fundamentele bijdrage te leveren aan de kwaliteit van je beroepsuitoefening door bewust te kijken naar jezelf in relatie tot je toekomstige professie. Je leert hoe je impact hebt op de omgeving door communiceren, samenwerken, organiseren en reflecteren.
Het onderwijs is casus- gestuurd en richt zich integraal op:
- Eigen professionele ontwikkeling.
- Reflectieve vaardigheden.
In jaar 2 krijg je te maken met verschillende leereenheden. In de leereenheid ‘extramuraal’ ga je aan de slag met de meest voorkomende categorieën van cliënten die je in eerste lijn zorg (particuliere praktijk) tegenkomt. Binnen deze leereenheid volg je 2 modules: de ene is gericht op klachten aan het houdings- en bewegingsapparaat, en de tweede is module is gericht op cliënten met problemen vanuit het hart-vaat-long systeem, en zenuwstelsel. In de leereenheid ‘intramuraal’ ga je aan de slag met dezelfde categorie cliënten maar dan vanuit het perspectief van een ziekenhuis of een revalidatiecentrum. In jaar 2 ben je tevens 10 weken bezig met de module “praktijkleren”, waarin je je eerste grote stage loopt, genaamd de juniorstage. De volgorde van de modules hangt af van je persoonlijke leervoorkeur.
In deze module ga je met onderzoek en behandeling in extramurale zorg (particuliere praktijk) bij de meest voorkomende musculoskeletale aandoeningen (MSA) aan de slag.
In deze module ga je met onderzoek en behandeling in extramurale zorg (particuliere praktijk) bij meest voorkomende centraal neurologische aandoeningen (CNA), respiratoir cardiovasculaire aandoeningen (RCA).
In deze module ga je met onderzoek en behandeling in intramurale zorg (ziekenhuis/ revalidatiecentrum) bij meest voorkomende beweegproblemen aan de slag.
Je loopt 10 weken stage in een setting binnen de fysiotherapie.
Vanaf jaar 3 is het onderwijs georganiseerd in blokken van 20 weken. Naast lopen van twee stages en het volgen van een onderwijsblok, volg je ook een minor (profilering).
In deze module ga je klinisch redeneren toepassen bij cliënten met een chronische en/of complexe problematiek. Hierbij kijk je zowel naar hun huidige als ook naar eventuele toekomstige problematiek, met als doel behoud van zo’n optimaal mogelijke kwaliteit van leven.
Minoren zijn bedoeld om je interessegebied te verdiepen en of te verbreden. Vaak is een minor een interessegebied waar je zelf later verder in wilt ontwikkelen.
Je loopt 20 weken mediorstage, tijdens je stage voer je op je stageadres een innovatieopdracht uit. Je innovatieopdracht sluit je af met een innovatieve posterpresentatie.
Je loopt 20 weken seniorstage en je doet een afstudeerproject. Een afstudeerproject kan zijn: schrijven van een case report of een wetenschappelijk verslag op basis van praktijkgericht onderzoek.
De opleiding hecht veel waarde aan leren in de beroepspraktijk. Daarom loop je in ieder fase van de opleiding stage. Deze stages bouwen op in omvang en in zelfstandigheid.
Stage
Beroepsoriënterende stage
In jaar 1 loop je de Beroeps Oriënterende Stage (BOS). In totaal loop je 32 uur stage. Dit kan op één stageadres bij verschillende therapeuten, of bij verschillende stageadressen. De BOS maakt een belangrijk deel uit van de oriëntatie op het fysiotherapeutisch vak. Ook ga je wat je in jaar 1 leert tijdens de studie, ervaren en toepassen in de praktijk. Je kan voor deze stage gebruik maken van het stagenetwerk van de Hogeschool Utrecht, maar je kunt ook zelf een stageadres aandragen.
Juniorstage
Als onderdeel van de module praktijkleren loop je stage gedurende 10 weken, 16 uur in de week. Naast het lopen van stage volg je incidenteel onderwijs, zoals intervisie en ondersteunende lessen voor het schrijven van het patiëntverslag.
De opleiding beschikt over een uitgebreid stagenetwerk, je wordt door de opleiding ingedeeld. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met je voorkeur. Ook kun je zelf stageplaatsen ter goedkeuring voorleggen aan de opleiding.
Mediorstage
Als onderdeel van de module innovatieve professional loop je stage gedurende 20 weken, 20 uur in de week. Naast het lopen van stage volg je incidenteel onderwijs, zoals intervisie en ondersteunende lessen voor de innovatie-opdracht.
De opleiding beschikt over een uitgebreid stagenetwerk, je wordt door de opleiding ingedeeld. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met je voorkeur. Ook kun je zelf stageplaatsen ter goedkeuring voorleggen aan de opleiding.
Seniorstage
Als onderdeel van de module beroepsbekwame professional loop je stage gedurende 20 weken, 20 uur in de week. Naast het lopen van stage volg je incidenteel onderwijs, zoals intervisie en ondersteunende lessen voor de afstudeeropdracht.
De opleiding beschikt over een uitgebreid stagenetwerk, je wordt door de opleiding ingedeeld. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met je voorkeur.
De Fysiotherapie docenten
De meeste docenten hebben een fysiotherapeutische achtergrond en hebben een masteropleiding afgerond. Daarnaast is een groot deel van de docenten niet alleen werkzaam binnen het onderwijs, maar ook werkzaam in een fysiotherapiepraktijk en/ of betrokken bij wetenschappelijk onderzoek.
Meer weten over deze opleiding?
Studiebelasting gemiddeld 28 uur per week (inclusief lesdag, zelfstudie, projectopdrachten en stages), uitgaande van een eerder afgeronde HBO- of WO-opleiding, relevante voorkennis of eerder behaalde werkervaring. Wanneer geen ervaring op voorgaande punten, wordt de studiebelasting geschat op meer dan 35 uur per week.
Een lesdag bestaat uit verschillende lessen waarbij de praktijk van de fysiotherapeut centraal staat. De thuis bestudeerde theorie wordt vanuit verschillende perspectieven toegepast op een casus.
Tijdens de deeltijdopleiding Fysiotherapie leer je niet alleen in de klas en individueel, maar ook in de praktijk, in leerteams en via een digitale leeromgeving. Deze gevarieerde manier van onderwijs zorgt voor een verdieping van de lesstof en van het contact tussen studenten en docenten.
Aan het einde van je tweede studiejaar krijg je een bindend studieadvies. Om door te kunnen stromen naar het derde jaar, heb je minimaal 45 van de 60 studiepunten nodig. Haal je dit niet, dan moet je stoppen met deze opleiding aan de HU.
Wil jij het beste uit jezelf en je studie halen? Volg dan naast je gewone onderwijs een HU-honourstraject. Je kunt kiezen voor een volledig programma of je komt zelf met een idee. Met dit honourstraject heb je straks echt een streepje voor op de arbeidsmarkt.
Deze opleiding is geaccrediteerd door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO).
In Nederland zijn er twee vormen van collegegeld: het wettelijke collegegeld (lager tarief) en het instellingscollegegeld (hoger tarief). In welke categorie je valt, is afhankelijk van je persoonlijke situatie. Met de handige collegegeldmeter van Hogeschool Utrecht zie je binnen enkele minuten welk tarief voor jou geldt. Voor boeken en andere lesmaterialen ben je elk jaar ongeveer € 600 kwijt.
Ben je benieuwd naar de kosten voor de deeltijdopleiding Fysiotherapie? Met de handige collegegeldmeter van Hogeschool Utrecht zie je binnen enkele minuten welk tarief voor jou geldt. Voor boeken en andere lesmaterialen ben je in het eerste jaar ongeveer € 600 kwijt.
Als deeltijdstudent ontvang je geen studiefinanciering. Bezoek de website van DUO voor meer informatie.
De introductie voor studenten die starten in februari 2025 vindt plaats op woensdag 29 januari 2025.
De introductie voor studenten die starten in september 2025 vindt plaats op donderdag 28 augustus 2025.
Interesse in de bachelor Fysiotherapie?
Vragen over de opleiding?
- Telefoon 088 481 81 81
- Email info@hu.nl
-
Stuur ons direct een bericht of voeg 06 34101698 toe aan de contactlijst van je telefoon en stel je vraag via WhatsApp.
- Bereikbaar op ma t/m vrij 09.30 - 16.30 uur